kabouters
hij is er, de huis kabouter…….
In het begin dacht ik dat ik het mij allemaal maar verbeeld had. Dat er toch geen kabouters bestonden, maar dat het muizen waren die ’s nachts mijn huis binnendrongen en de vloer ontdeden van etensresten van de vorige dag. Maar nu moet ik deze veronderstelling verwerpen want muizen knagen en alle snoeren van de bewakingscamera’s zijn nog helemaal intact. Geen spoor van ook maar één muizentandje is er in te vinden. En dus weet ik zeker dat het kabouters zijn die de camera’s eerst uitschakelen voor zij aan hun werk beginnen.
Tijd voor onderzoek dus. Of zal ik het erbij laten? Mijn huis is immers iedere ochtend opgeruimd en vrij van etensresten. Dat bespaart mij precies de hoeveelheid tijd die ik anders tekort kom om te doen wat ik nodig acht. Dat nodig achten kan variëren van knopen telen in de vacht van mijn hond tot aan het recht leggen van de stapel handdoeken in de badkamerkast. Want ja, alles moet er perfect uitzien. Stel dat de deurbel gaat en er staat een belangrijk iemand voor de deur? Dan ben ik toch niet blij. Natuurlijk is de kans klein dat koning Willem Alexander mij persoonlijk komt bezoeken of dat Gaston met cameraploeg en al komt binnenvallen om mij te vertellen dat ik 50.000 euro heb gewonnen. Ik kan dan niet zeggen: komt U straks maar terug als ik de boel hier op orde heb. En ik kan Gaston al helemaal niet vertellen dat ik mijn lot vorige maand net heb opgezegd. Toch?
Nee, het kan niet anders. Het moeten kabouters zijn. En ik heb er zelf om gevraagd.
Voor ik ’s avonds ging slapen keek ik altijd nog even de tuin in. Ik hoopte een glimp op te vangen van een vallende ster zodat ik een wens kon doen. Jarenlang bleek dat ijdele hoop, tot die bewuste avond. Ik stond nog maar net voor mijn raam of hij viel. Hier had ik al die tijd op gewacht. Ik hoefde dan ook geen seconde na te denken over mijn wens. Ik wilde een echte huiskabouter. Niet zo’n stenen voor in de tuin. Nee, een echte. En liefst meer dan een, want het lukte mij maar niet om mijn huis netjes schoon te houden. Maar dat durfde ik niet te wensen. Het sprookje van Vrouwtje Piggelmee kende ik maar al te goed.
En nu heb ik spijt van mijn wens. Natuurlijk vind ik het leuk dat ik nooit meer hoef te poetsen omdat zij dat voor mij doen, maar niemand gelooft mij. Sterker nog, de buurvrouw is ervan overtuigd dat ik een beetje de weg kwijt ben. “Ze heeft het altijd al gedacht,” zei ze tegen die meneer in de witte jas die laatst voor mijn deur stond. Ik deed net of ik de bel niet hoorde en had me verstopt in de meterkast. Maar ik hoorde ze heus wel praten.
En dus heb ik bewijs nodig. Ik moet een foto van ze hebben zodat de buurvrouw ziet dat ik echt niet gek ben. Ik ga vandaag nog de camera’s hoog ophangen. Daar kan zelfs geen huiskabouter meer bij.
lees ook eens : het diner
Heeft ie een leuke broer? Die mag mijn huis ook wel doen.
Misschien, op de camera is nog niets te zien.
Als kind was ik gefascineerd door kabouters. Het inspireerde mij tot honderden kindertekeningen met de meest uiteenlopende kabouters en paddenstoelen waar ze in woonden. Met een tuintje erbij.
ooo wat lief!
Oeh… mocht je huiskabouter nog wat tuinkabouters kennen die van onkruid wieden houden dan houd ik me aanbevolen hoor! ;)
Ik ben benieuwd of je hem kunt vastleggen! Ik wil er ook wel eentje.
Nou, ik ga dat ook wensen. Die kunnen wij hier wel gebruiken! En het kan mij ook niet schelen of de buren denken dat ik gek ben zo lang ik maar niet hoef te poetsen:)
Zo’n huiskabouter zou ik ook wel kunnen gebruiken. Maar zal het dan aan niemand zeggen als het ooit zo ver is. Wil ook geen man in een witte jas over de vloer
Ik heb gen huiskabours of tuinkabouter nee kinderen die af en toe de boel vies maken.