De levensgenieter
Hij was een levensgenieter, een echte.
Al toen hij nog student was. Hij had het gewoon in zich. Genieten…daar schaamde hij zich niet voor.
zuinig zijn, maar toch genieten
Ook al moest hij zuinig zijn, zo een keer per maand veroorloofde hij zich een goede fles wijn.
Een stevige Bourgogne, een mooie Bordeaux. Zo’n fles mocht wat kosten, soms de helft van het geld dat hij per week te besteden had. Maar dan had je ook wat. Het leven was toch te mooi om alleen maar van die drie-voor-een-tientje wijnen te drinken? Nee, dan wist je toch echt niet uit het leven te halen wat erin zat. Hij wist gelukkig beter.
samen filosoferend
Hij was gelukkig geen zuipschuit die erop uit was zo’n fles stilletjes alleen soldaat te maken. Voor een gelegenheid als deze nodigde hij graag een vriend uit. Heel veel vrienden had hij niet, dat was oo niet nodig, wanneer je werkelijk van het leven wil genieten. Een paar verwante zielen: dat is het ware. En er was altijd wel een verwante ziel, die bereid was mee te drinken, de wijn ten diepste te waarderen en tot diep in de nacht door te filosoferen, over het leven in het algemeen en genieten in het bijzonder.
afgestudeerd
Toen hij eenmaal afgestudeerd was en een mooie baan
aangeboden kreeg, bij de universiteit, leek het echte genieten volop te kunnen
beginnen. Zeker toen dat alleraardigste meisje van de afdeling personeel, die
toch een beetje tegen hem opkeek, zijn gevoelens bleek te delen
De maandelijkse goede fles, werd ongemerkt een wekelijkse: “ach , het kan he”.
En er ontstond ruimte om een keer per maand uit eten te gaan.
Samen op zoek naar een restaurantje met een goede review: het bleek het begin
van een nieuwe hobby. Na een paar jaar was hij wel toe aan een keer per jaar
een sterrenrestaurant. Uren kon hij praten over de plaatsen waar hij gegeten
had, ze tegen elkaar afwegend, zijn oordeel breed uitmetend. Dat alles
natuurlijk onder het genot van een goed glas wijn. Dat er naast het
alleraardigste meisje van de afdeling personeel, niet zo heel veel mensen meer
mee dronken en mee filosofeerden over het leven in het algemeen en genieten in
het bijzonder, viel hem niet op.
En op die zeldzame momenten dat het hem wel opviel, schonk hij een goed glas wijn in: een stevige Bordeaux, een goede Bourgogne. Zo ongemerkt, dronk hij een fles per dag.
lees ook eens non-fictie Eetverslaving
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!